Luc Morjaeu
(spreek uit MORJOO)
Vroege jaren
In het midden van de jaren ’80 richtte hij samen met Dirk Michiels de tekenstudio MORMIC op. Naast commerciële opdrachten, werkte hij ook aan een aantal stripreeksen, waaronder JACOBUS EN CORNEEL. Het eerste grote succes kwam er met ERIK, OF HET KLEIN INSECTENBOEK, een stripversie van het gelijknamige boek van Godfried Bomans. Hij werkte er ook aan SAMSON & GERT, PINGU, BIEBEL, en diverse figuren van DISNEY. Voor de Zuid-Nederlandse Uitgeverij maakte hij tal van coverontwerpen en tekeningen voor puzzel- en spelletjesboeken. In dezelfde periode bracht hij samen met Luk Wyns drie albums uit rond de cultreeks DE FAMILIE BACKELJAU. Er staan ook heel wat wenskaarten voor HALLMARK op zijn naam.
Later
In 1997 hield MORMIC en de samenwerking met Dirk Michiels op te bestaan. Hierdoor kon hij zich beter concentreren op twee van zijn geliefde figuren: de grappige heksen BIEP en ZWIEP. Van deze populaire heksen verscheen er wekelijks een paginagag in de Jommekeskrant. Er kwamen vijf albums, maar het verwachtte commerciële succes bleef uit.
Vanaf 2000 werd Luc Morjaeu één van de drie vaste medewerkers van Jef Nys voor JOMMEKE. De volgende jaren verscheen er een reeks albums rond de M-KIDS, een populaire meidengroep. Samen met PUG (Peter Van Gucht) werd RAFKE DE RAAF gemaakt, een hilarische stopcomic.
Dan vroeg Hans Bourlon van STUDIO 100 hem om de tekenstudio te begeleiden en uit te bouwen. Rafke de Raaf en Biep en Zwiep werden toen even op pauze gezet en werden geruild voor kabouter Plop, Piet Piraat en Bumba. Er was ook de mogelijkheid om nieuwe projecten op te starten, zoals de strip SPRING, met Charel Cambré.
In 2005 kreeg Luc Morjaeu de vraag van STUDIO VANDERSTEEN om de leiding van de studio op zich te nemen. Daarop stopte hij met Jommeke en Studio 100 en begon aan SUSKE en WISKE. Tot op vandaag heeft hij de leiding over het tekenteam van de populairste strip van de Benelux.
In datzelfde jaar bundelde hij zijn creatief schrijverstalent met het realistische tekenwerk van Thomas DuCaju. Dit mondde uit in de reeks SABBATINI, die meteen in het Frans werd vertaald. Er werden vier albums gemaakt, Het Anthykiteraprincipe was het laatste.
In 2010 was Luc Morjaeu opnieuw bij Studio 100 , waar tal van nieuwe projecten op stapel stonden. Tot voorjaar 2013 combineerde hij dit met zijn werk voor Studio Vandersteen. Nu concentreert hij zich volledig op SUSKE EN WISKE.
Daarbuiten werkt hij ook meer en meer in olieverf en maakt beelden in was, die in brons worden gegoten.